maandag 7 januari 2013

Christchurch: The end!


Na vijf maanden is blog nummer 35 de laatste. Vanmiddag stappen we op het vliegtuig voor een tocht van 36 uur terug naar thuis, terug naar voeten op de grond, terug naar bekende gezichten, terug naar een echt bed, terug naar werk, terug naar de winter,... Zin? Met gepaste matigheid. Tijdens het nakeuvelen kwamen weer een heel aantal herinneringen naar boven en was de conclusie dat het leven van een reiziger verslavend is. Het niet weten wat er de volgende dagen precies gaat gebeuren, het buiten leven en bewegen in een prachtige en afwisselende natuur is voor ons een heerlijke manier van leven. En we gaan het missen.   Maar laten we de laatste dagen nog even op een rijtje zetten, want uiteindelijk zitten we natuurlijk gewoon nog aan de andere kant van de wereld! 6 januari rijden we in een ruk door naar Christchurch.  Het beeld van de bergen in de achteruitkijkspiegel en de lange vlakten met kaarsrechte wegen voor ons, heeft wel iets metaforisch. We lunchen bij de Mac waar Julie, Rein en Hidde erop attendeert dat het wel heel speciaal is want in Nederland gaan we niet zoveel naar de Mac. Niet erg, voegt ze eraan toe want daar gaan we thuis weer lekker naar De Roskam  en De Zwijger. Ja, we zullen nog wat aan verwachtingsmanagment moeten doen...

En dan rijden we door naar ons charmante motelletje in een rustig wijkje van Christchurch. Geert brengt de camper terug en dan is dat hoofdstuk ook definitief afgesloten, al met al waren we over dit vehikel een stuk beter te spreken dan de drie in Australië. Julie, Rein en Hidde zoeken al snel de televisie op en al valt er niet heel veel van te begrijpen, na zeven weken zonder tv zijn alle bewegende beelden mooi. Maar wij willen toch nog iets meer zien van de omgeving en met de fietsen van het motel gaan we gevijven in de namiddag op pad voor een heerlijk tochtje door de parken van Christchurch. We eindigen bij een gezellig restaurantje.
7 januari stappen we wederom op de fiets maar nu richting het city-center. We hebben een hele route in ons hoofd met een bezoek aan een aantal musea, maar als we onze plannen met de dame van het motel doorspreken, blijkt de route door het centrum niet mogelijk te zijn vanwege de puinhopen van de aardbeving van november 2011. Ook de musea zijn nog gesloten vanwege instortingsgevaar of ze zijn er gewoonweg niet meer. We gaan toch zelf maar even een kijkje nemen maar eenmaal in het centrum worden we toch wel even stil. Het hart van de stad ligt (nog steeds) in puin.
De kerk waar de naam van de stad vandaan komt is niet meer te redden, maar ook het hele winkel- en het uitgaansgebied is volledig afgesloten. Veel gebouwen staan er nog wel maar zijn blijkbaar te gevaarlijk om in te komen. Het doet onwerkelijk aan. Cafés waarvan de stoelen nog gewoon in de ruimte staan maar de ramen zijn kapot en het stof ligt overal. Een gebied van een vierkante kilometer midden in het centrum is afgezet en overal zijn grote graafmachines aan het werk om puin te ruimen. Het maakt indruk, vooral om dat het al ruim een jaar gelden is. Maar we zien ook wederopbouw. Onder de naam Re:start is een nieuw winkelcentrum ontstaan gemaakt van zeecontainers. We drinken er een kopje koffie en Julie en Rein kijken naar het straattheater. Het heeft zeker iets gezelligs.

Het tochtje in een waterfiets op de Avon die dwars door de stad loopt is ook altijd leuk natuurlijk vooral als het weer meespeelt. Maar daarna hebben we de stad ook wel gezien. De speeltuin in de botanische tuinen biedt soelaas aan de spanning van het vliegen van morgen. Rein en Julie kunnen nauwelijks wachten weer onderweg te zijn. Zelfs de zitplaatsen in de auto's van de opa's en oma's die ons komen ophalen, zijn al verdeeld. Tijdens het laatste dinertje worden de herinneringen nog een keer uitgebreid naar boven gehaald en dringt het besef door dat we heel veel leuke dagen hebben gehad, veel hebben beleefd en heerlijk hebben geleefd, vooral genoten hebben van elkaar. En er worden al weer nieuwe plannen gesmeed, want dan hebben we weer iets om naar uit te kijken!
 
Zo, dat was het. Voor een lifeverslag van de reis en fotoboeken, kom je maar een keer langs. We vonden het leuk om jullie met dit blogje op de hoogte te houden en jullie reacties op Facebook en het blog deden ons goed. U was een fijn publiek.

En voor ons: het was goed!
 

zaterdag 5 januari 2013

Dunedin en Lake Tekapo


In de nacht van een op twee januari barst de regen echt los, tijd voor ons om er een rijdagje van te maken. Terwijl we de zuidkust verwisselen voor de zuidkant van de oostkust staan de wegen blank van het water. Even is het droog als we Dunedin aandoen. Een gezellig stadje met Schotse roots. We beginnen met een heerlijke lunch in de plaatselijke Ierse pub en daarna wandelen we door de straatjes die erg Europees aandoen met behoorlijk wat "oude" stenen gebouwen of gebouwen die oud aan moeten doen. Hoogtepunten zijn het station en de kathedraal, maar net voordat we de auto weer bereiken worden we nog even doorweekt door de volgende bui.
 
Onze camping staat op de Otago Peninsula. Een beangstigend smal weggetje slingert ons ernaartoe. Toetje van de dag is een bezoek aan de albatroskolonie die hier op de punt van het schiereiland nestelt. Het is de enige albatroskolonie ter wereld die in "bewoond" gebied ligt. Een gids vertelt ons eerst wat over het leven van de albatros: het dier blijft nadat hij zich de eerste acht maanden heeft laten vetmesten door vader en moeder, vijf jaar op zee. Hij kan als een van de weinige vogels zeewater filteren in drinkwater zodat hij geen land nodig heeft. Daarna zoekt hij een partner en komen ze samen één keer in de twee jaar aan wal om één jong groot te brengen. Ze kunnen tot vijftig-zestig jaar oud worden. We krijgen ze ook te zien vanuit een observatieruimte. Met hun drie meter spanwijdte, zijn ze best indrukwekkend. Eenmaal terug, giet het weer behoorlijk maar de vooruitzichten beloven beter. Achterin de camper hakken we de knoop door om onze laatste dagen van de trip af te sluiten in stijl en weer de bergen in te trekken.

's Nachts daalt de temperatuur verder en blijft het flink regenen, maar in de ochtend worden we zowaar wakker met een zonnetje, een koud zonnetje, maar een zonnetje. De tocht naar Lake Tekapo in het midden van Nieuw Zeeland is een lange. Net voor we naar het Westen buigen stoppen we aan de kust bij de Mouraki Boulders, grote ronde granieten bollen die in de banding liggen. De legende gaat dat het boodschappenmandjes zijn die de goden hebben laten liggen nadat ze op zee gevist hadden. Onderweg stoppen we ook nog bij Maori rotstekeningen, maar we krijgen er vooral te lezen dat de meeste uitgehakt zijn en in musea door het land heen bewaard worden. Het uitzicht op onze route naar Lake Tekapo is wel erg mooi: het koude weer van de afgelopen dagen heeft een laagje sneeuw achtergelaten op de zuidelijke flanken van de bergen. We schatten dat het tot op een meter of 1000 gesneeuwd moet hebben. Alsof er met de poedersuikerbus even overheen gegaan is...

Ook bij Lake Tekapo staat er een koude wind, meer dat doet niks af aan het prachtige uitzicht. We boeken meteen een extra nachtje bij zodat dit daadwerkelijk onze allerlaatste stop met de camper is. We gaan ervan genieten.
Het wordt allemaal een beetje weemoedig maar op 4 januari trekken we voor het laatst de wandelschoenen aan om een mooie wandeling te maken over Mount John heen en langs het meer terug. De vergezichten zijn adembenemend en de kleur van het meer lijkt elk uur te veranderen van turkoois naar licht blauw, donkerblauw en af en toe grijzig. En alles met een stralende zon. Opeens roept Marjolein: "Een regenboog!" De wonderen zijn de wereld nog niet uit: in de paar wolken die er hangen is duidelijk een regenboog te zien, maar er is geen regen in de buurt. Benieuwd naar een verklaring... Eenmaal terug wordt de speeltuin van de camping nog even onveilig gemaakt, heerlijk dat ook Hidde zonder een van ons tweeën z'n eigen gang kan gaan met grote broer en zus op de achtergrond.

Ja, ja de laatste dag camper breekt aan. We ontbijten buiten en ook vandaag gaan zowel Rein als Julie vrolijk aan de slag met hun "werkjes". Julie is bij met taal en Rein rekent en leest er op los. Misschien zorgt het vooruitzicht van een rondje "tubing" wel voor wat extra motivatie. Want 's middags gaan we naar de plaatselijke "hotpools" naast de camping en daar hebben ze ook een borstelbaan waar je met een dikke autoband van de berg af kan glijden: pret verzekerd. Julie, Rein en Geert mogen zich een uurtje uitleven terwijl Marjolein met Hidde beneden het gegil aanschouwen. Hidde was namelijk een centimeter of 4 te klein. De hotpools zijn ook erg lekker al is het bij een temperatuur van bijna dertig graden wel erg hot allemaal. Julie en Geert besluiten tot een cooling down in het bergmeer, met net geen 10 graden erg lekker. Later op de middag wandelen we nog even naar de plaatselijke kerk: church of the good shepherd, meer een kapelletje maar de view achter het altaar geeft een nieuwe betekenis aan de uitdrukking: 'God's country'.
Eenmaal terug begint het inpakken toch echt en met het schrijven van het (voor?)laatste blogje komt het point final toch echt dichtbij. Het bleef nog lang onrustig in het hoofd op deze zwoele avond...

dinsdag 1 januari 2013

Oud & Nieuw in de Catlins

29 december 2012 alweer... We ontkomen er niet helemaal aan, maar de tijd vliegt. Julie laat ons dagelijks even subtiel weten hoeveel nachtjes het nog is eer we thuis zijn, terwijl Hidde en Rein aan het aftellen zijn naar het vliegtuig met de televisie. Wij proberen een en ander nog te verdringen, maar de dagen moeten redelijk gepland worden, willen we op tijd in Christchurch zijn om ons vliegtuig te halen. Een paar weken geleden hebben we de camping voor oudjaar al vastgelegd, maar gelukkig hebben we ruimte genoeg om bij de dag te kunnen blijven leven, een jasje dat ons prima past op dit moment. Zo rijden we vandaag vanuit Lake Manapouri naar het zuiden zonder precies te weten waar we vanavond zullen slapen. De besneeuwde bergtoppen laten we achter ons en al snel rijden we door een verlaten landschap met schapen en herten als toeschouwers langs de route. Met name de laatste vallen op want ze zijn in grote getale maar van enig hertenbiefstukje in de supermarkt is geen sprake. Wellicht export? Aan het lamsvlees hebben we ons wel al een aantal keer tegoed gedaan.

Na een paar mooie uitzicht punten komen we aan bij Curio Bay, een geweldige camping op een klif, die een vijftig meter uittorent boven de omliggende baaien. We krijgen een plekje tussen het flax met een beetje uitzicht op zee, vlakbij alle faciliteiten als toilet, douche en -ook belangrijk- een winkeltje met een ijsje. Bij het aanmelden krijgen we van de beheerder te horen dat de Hector dolfijnen in de linkerbaai (Purpoise bay) zwemmen en dat de zeldzame geeloogpinguïns in de rechterbaai (Curio bay) nestelen. We nemen het voor kennis aan en installeren ons. Als we even later ons verkenningsrondje maken, beseffen we dat we op een bijzondere plek terecht gekomen zijn. De dolfijnen zijn vanaf het strand prima te zien. Moeders met kalfjes zwemmen net voorbij de branding, een mooi gezicht. Ook aan de andere kant laat het plaatselijke wildlife zich in volle glorie bewonderen. Van de zeven paartjes pinguïns die er nestelen, zien we er vier. Vrolijk huppen ze uit het water en waggelen de rotsen over naar hun nest in de bossage aan de rand van het strand. De verrekijker brengt ze echt heel erg dichtbij. We zijn allemaal onder de indruk. Dat ze nestelen op een versteend woud van enkele honderden miljoenen jaren geleden -bij eb zichtbaar- is een interessante bijkomstigheid.
29 december wordt volgens de berichten de laatste mooie dag, daarna verwachten we een paar dagen regen. Vanaf de ontbijttafel zien we de dolfijnen in de branding surfen en Marjolein trekt het koude zeewater in voor een gratis Swimming with Hector dolphins. Ze komen tot op een paar meter. Geweldig! Dat het een uur of vier kost om weer op temperatuur te komen is een bijkomstigheid. Ook later op de dag, als de vloed op komt, blijven de dolfijnen in de buurt. We besluiten er een stranddagje van te maken. Julie, Rein en Hidde vinden twee vriendjes en het ene zandkasteel is nog niet af of het volgende is al weer in de maak. Heerlijk relaxt.
Op de dertigste pakken we weer in en rijden verder de zuidkust af richting het oosten. We maken een aantal stops. Eerst rijden we langs Slope Point, het meest zuidelijke punt van het vaste land van Nieuw-Zeeland. De Zuidpool is hier ruim 4800 kilometer vandaan. Klinkt dichtbij, maar ook de evenaar is niet heel ver weg; ca 5100 km. Toch maakt de frisse wind meer een Antarctische indruk dan die van een zwoele moesson... Daarna stoppen we op Florence Hill look out om te lunchen, maar buiten wat schapenvelden en een strandbaai zien we niet al te veel. Bij de Matai Falls breekt het beloofde noodweer uit. We wagen de 20 minute return nog om de watervallen te bekijken, maar we komen doorweekt terug bij de auto terwijl een onweer losbarst. Over of het uitzicht nu de moeite was, zijn de meningen verdeeld, maar de volgende watervallen van de dag, schrappen we van het programma.

Een camping met de naam New Haven, leek ons een mooie plek om het nieuwe jaar in te luiden. Het ziet er prima uit, al is het hele terrein behoorlijk drassig van de regen. Ook hier worden we weer geattendeerd op sea wildlife. Op de baai aan de rand van de camping luieren regelmatig een aantal zeeleeuwen. Marjolein gaat met de kinderen het strand verkennen terwijl Geert kampement maakt en een halfuur later laten ze enthousiast de foto's zien van een gezinnetje zeeleeuwen. Als Geert gaat kijken ziet hij ze nog net de zee in waggelen...
 

Oudjaarsdag maken we een ritje in de buurt. Nugget Point (een klif met vuurtoren en onderaan de rotskust zeeleeuwen, -olifanten en -honden door elkaar heen, van bovenaf moeilijk van elkaar te onderscheiden) levert mooie kiekjes op en bij Jack's Blowhole (een fysiologisch fenomeen waarbij de zee tot 200 meter landinwaarts te zien is door een groot gat in de grond) worden we onverwacht getrakteerd op een aantal geeloogpinguïns. Als we opperen om nog langs een watervalletje te rijden worden we door Julie terecht gewezen: "We hebben deze vakantie al zoveel watervallen gezien dat ik de tel kwijt ben. Wat maakt een meer of minder nu uit. Ik hoef niet meer, ik wil spelen". De boodschap is duidelijk... 
Julie en Rein ontdekken op de camping een paar Vlaamse kinderen om mee te spelen en genieten zo van de laatste uren van 2012 terwijl wij met een glaasje in de hand met onze Engelse buren de reis terughalen. Maar tien uur is toch echt kinderoudjaar met sterretjes en bubbels voor jong en oud en vooral vijf stralende gezichten. Terwijl de kinderen daarna direct in dromenland verkeren, nemen wij het jaar door en kunnen niet anders besluiten dan dat het goed was. Goede voornemens worden gedeeld met op de achtergrond wat ingetogen feestgedruis van twee tenten verder. Verder blijft het rustig want geen telefoonbereik en te donker voor een skypemoment. Eigenlijk best lekker om tegen half een zelf ook onder de wol te kruipen in de wetenschap dat wij er al zijn terwijl de rest van de wereld nog in spanning zit te wachten...
Nieuwjaarsdag begint zoals we de afgelopen maanden gewend zijn met om half acht Hidde die ons wakker komt "kussen" en Julie en Rein die boven in de camper liggen te keten. In de ochtend spelen we wat spelletjes en Julie gaat op eigen initiatief aan de slag met de kunst van het klokkijken... Soms toch nog best moeilijk. Op de middag trekt het open en maken we een heerlijke strandwandeling. Het klinkt als herhaling, maar in het echt verveeld het niet: de zeeleeuwen die we op het strand zien liggen en die we tot op een vijftien meter kunnen benaderen, blijven indrukwekkend. We schieten ons digitale rolletje vol en laten de dag verder voorbij kabbelen met een spelletje, blogje en boekje. Als deze dag kenmerkend wordt voor de rest van het jaar, kunnen we daar best mee leven.